Van 60 tot 240Hz. We hebben het vaak over de ververssnelheid van het scherm op je smartphone, maar waarom is het zo belangrijk? In dit artikel leggen we het aan je uit.
Lees verder na de advertentie.
Wat is de ververssnelheid van een scherm?
Veel Android-telefoons hebben tegenwoordig een hogere ververssnelheid. Waar eerder 60Hz de standaard was, zien we nu zelfs al budgetsmartphones met 90 of zelfs 120Hz. In onze artikelen schrijven we vaak dat hogere ververssnelheden een telefoon ‘sneller laten aanvoelen’. In dit artikel vertellen we je hoe het aantal Hz invloed heeft op een smartphone – en wat de voor- en nadelen zijn.
Laten we beginnen met de vraag? Wat is Hz, oftewel Hertz? De ververssnelheid van een smartphonescherm geeft aan hoeveel keer per seconde alle pixels ververst worden. De ververssnelheid wordt aangeduid in Hz, wat dus staat voor het aantal keer dat het beeld per seconde volledig ‘vernieuwen’.

De standaard was erg lang 60Hz. Zo’n scherm kan elke 16,6 milliseconde een volledig nieuw plaatje laten zien, wat neerkomt op 60 keer per seconde. Bij een 120Hz-scherm is dat dus 120 keer per seconde.
Het is belangrijk dat de hardware van je smartphone dit kan bijbenen, want tijdens het gebruik moet je toestel vaker een volledig nieuw plaatje laten zien. Hoe beter de interne hardware van je smartphone, hoe makkelijker je gebruik kunt maken van die maximale ververssnelheid. Bij budgettelefoons merk je daarom soms dat het toestel weliswaar een 90Hz-display heeft, maar het niet altijd veel vloeiender oogt.
Ook is het belangrijk dat de apps die je gebruikt hierop voorbereid zijn. Nu is de meeste software onderhand geschikt voor hogere ververssnelheden, maar zo niet, dan draait deze simpelweg niet zo soepel als je scherm aankan.
Een hoge ververssnelheid is fijn, omdat bewegende beelden en animaties daardoor een stuk vloeiender weergegeven worden. Vooral bij videogames is dit te merken, maar ook als je gewoon door het menu bladert of over een website scrolt.
Als we het hebben over het weergeven van vloeiende beelden, gaat het om de ‘display refresh rate’. Een andere vorm van ververssnelheid is de ‘touch sampling rate’. Deze geeft aan met welke snelheid aanrakingen van het touchscreen worden geregistreerd. Telefoons als de Poco F4 kunnen tot drie keer sneller aanrakingen detecteren dan afbeelden. Daardoor voelen games bijvoorbeeld extra responsief.
Hz en fps: is er een verschil?
Als het over vloeiende beelden gaat, komt er vaak ook een andere term om de hoek kijken: framerate, aangeduid in frames per seconde (fps). Fps en Hz zijn niet hetzelfde. De ververssnelheid in Hertz slaat puur op wat het scherm kan weergeven. De framerate alleen over de content die afspeelt, en hoeveel beelden die per seconde naar je scherm stuurt.

Het is dus mogelijk een game met een framerate van 60 fps te spelen op een 120Hz-scherm. Andersom kun je ook media afspelen met een hogere framerate, op een scherm met lagere ververssnelheid, maar dan is het fysiek niet mogelijk om dat hogere aantal frames te zien. Het beste, meest vloeiend ogende resultaat krijg je als beide op elkaar afgestemd zijn.
Is hogere ververssnelheid beter?
We zien steeds vaker smartphoneschermen met hogere aantallen Hertz. Op vrijwel alle high-end toestellen is 90 of 120Hz de standaard. Denk bijvoorbeeld aan de S22-serie van Samsung met standaard 120Hz. Bij de Google Pixel 7-telefoons heeft het Pro-model een 120Hz-scherm, waar de reguliere Pixel 7 het met 90Hz moet doen. Dat heeft waarschijnlijk te maken met kostenbesparing.
Maar ook budgetsmartphones krijgen steeds vaker displays met 90 of 120Hz. En dat kan een telefoon met lager prijskaartje écht sneller doen aanvoelen, zoals bijvoorbeeld op de Samsung Galaxy A52s, maar er zijn ook gevallen waar de computerkracht er simpelweg niet in slaagt om alle Hz te benutten.
Nadelen van schermen met hoge Hertz
Er kleven helaas ook nadelen aan een scherm van 120Hz (of meer). Een hogere ververssnelheid betekent namelijk ook een grotere aanslag op de accuduur. De processor van je smartphone moet simpelweg meer beelden per seconde verwerken en is dus extra druk. Dat kost meer energie. Gelukkig is daar slimme oplossing voor gevonden, namelijk een variabele ververssnelheid.
Met een zogeheten ‘adaptive refresh rate’ past het scherm zich aan op jouw gebruik. Ben je volop aan het swipen, scrollen of gamen? Dan activeert je smartphone de hoogste ververssnelheid. Is het beeld stil op bijvoorbeeld een webpagina of je thuisscherm, dan verlaagt het aantal Hz.

Je telefoon doet dat allemaal automatisch, om zo batterij te besparen. We zien dit op recente smartphones met een zogeheten ltpo-display van 90Hz of hoger. Denk aan de Samsung Galaxy S22 Ultra of OnePlus 10 Pro. Gaat je batterij nog steeds te snel leeg? Dan kun je je scherm ook handmatig terugzetten naar 60Hz.
Hoe soepel wordt de toekomst?
Het aantal Hz op smartphoneschermen blijft toenemen. Waar het eerst alleen voor premium smartphones was weggelegd, zien we het nu ook al bij budgettoestellen. Pioniers op het gebied van hoge ververssnelheden zijn vaak de gamingsmartphones, want gamers halen vooral profijt uit een hoger aantal frames per seconde.
Neem als voorbeeld de ROG Phone 6 Pro van Asus. Deze heeft een ververssnelheid van 165Hz(!). Het zal nog wel even duren voordat dat op de mainstream smartphones zal verschijnen. We vragen ons daarom af hoe zinvol het is: het verschil tussen 90 en 120Hz is al moeilijk zichtbaar.
Leuk om te vernoemen: De fabrikant Sharp heeft in Japan een telefoon met een scherm dat 240Hz aankan. Daarvoor is wel een softwarematig trucje nodig. Het 120Hz-scherm voegt namelijk zwarte frames toe om tot een hogere ververssnelheid te komen. Of dit écht telt, mogen jullie bepalen.
Je leest een artikel dat eerder op onze website is verschenen. We hebben de informatie bijgewerkt en het artikel opnieuw gepubliceerd.